Hollywood heeft afgelopen zondag 19 september opnieuw een van zijn eigen verloren. De beroemde modejournalist Richard Buckley is op 72-jarige leeftijd overleden na een langdurige ziekte.
Buckley kreeg in 1989 de diagnose keelkanker, maar het is onduidelijk of dat de officiële doodsoorzaak is. Zijn man van vijfendertig jaar, Tom Ford, is er kapot van door het verlies.
Het paar trouwde in 2014, maar is onafscheidelijk sinds ze elkaar in 1986 ontmoetten.
Tom Ford herinnerde zich de eerste keer dat hij Richard Buckley ontmoette op een modeshow in New York. "Onze ogen sloten elkaar en binnen een maand woonden we samen", zei hij tijdens een optreden in The Jess Cagle Interview. "Sindsdien zijn we samen."
Zelfs na drie decennia, "zei Ford dat hij zich "levendig" de eerste keer dat hij Buckley ontmoette kon herinneren. De twee zaten samen in een lift - en het duurde niet lang voordat hun connectie duidelijk werd. aan het einde van de rit zei Ford dat hij wist dat hij de rest van zijn leven met Buckley zou doorbrengen.'Tegen de tijd dat die lift op de begane grond landde, dacht ik: 'Jij bent het.' Dat is het. Klik. Verkocht,' zei hij. 'Het was letterlijk liefde op het eerste gezicht.'
Tom Ford breekt het verwoestende nieuws
De officiële verklaring luidt: Het is met grote droefheid dat Tom Ford de dood aankondigt van zijn geliefde echtgenoot van 35 jaar, Richard Buckley. Richard stierf vredig in hun huis in Los Angeles met Tom en hun zoon Jack aan zijn zijde.”
Tom en Richard's zoon, Alexander John "Jack" Buckley Ford, is acht jaar oud. Jack was zonder twijfel een van de meest stijlvolle baby's die opgroeide.
Baby Jack Buckley Ford
In 1979 kwam Richard Buckley voor het eerst in de wereld van de modejournalistiek. Hij begon zijn carrière bij New York Magazine en domineerde van daaruit de industrie. Tom Ford is een zeer bekende modeontwerper met in totaal 9,9 miljoen volgers op Instagram.
Hun twee modecarrières zijn de reden dat ze elkaar ontmoetten en verliefd werden. Tom, Jack en de hele modewereld rouwen vandaag om het verlies van Richard Buckley.
